In de spreekkamer krijgen we regelmatig de vraag of we even naar een ‘wratje’ willen kijken. Vaak gaat het al om oudere honden en denk de eigenaar dat dit een ‘ onschuldig ouderdomswratje’ is. Maar we zien ze ook wel eens bij jongere dieren. Wat is nou wijsheid?
Wat zijn wratten?
In de humane geneeskunde worden wratten omschreven als ‘verheven, bloemkoolachtige vast aanvoelende uitgroeisels van de huid veroorzaakt door virussen’. Bij dieren kunnen ook wratten voorkomen, maar deze komen lang niet altijd door een virusinfectie.
Bij jonge honden kunnen we nog wel eens ‘papillomen’ zien in de mondholte die al dan niet zorgen voor een vieze geur uit de bek. Papillomen zijn meerdere wratachtige woekeringen. Deze worden waarschijnlijk wel door een virus veroorzaakt en zijn besmettelijk voor andere honden.
Bij oudere dieren zien we vaker wratachtige woekeringen zonder dat we de oorzaak kennen. Ze kunnen onschuldig zijn, maar een enkele keer gaat het om kwaadaardige gezwellen.
Soms komen wratten voor rondom de ogen en oogleden. Ze gaan vaak uit van de kliertjes die in de ooglidrand zitten. Het zijn meestal goedaardige woekeringen, maar ze kunnen wel irritatie opleveren. De hond kan dan meer met de ogen knipperen, tranen of viezigheid bij het oog krijgen. Het is belangrijk om deze vroegtijdig te verwijderen. Als we te lang wachten, kan de operatie erg lastig worden.
Eerste hulp bij wratten
Wanneer u bultjes/wratten ontdekt bij uw hond, is het belangrijk op tijd naar de dierenarts te gaan. In sommige gevallen kan deze op basis van het klinisch beeld al de waarschijnlijkheidsdiagnose stellen. Regelmatig is aanvullend onderzoek nodig om te bepalen of er niet meer aan de hand is dan alleen een onschuldige wrat. We zullen vaak met een naaldje wat cellen uit de woekering halen en deze laten onderzoeken (cytologie). Er zijn verschillende tumoren (kankergezwellen) die op wratten kunnen lijken. ‘Gewoon afwachten’ is dan niet verstandig.
De behandeling kan variëren van afwachten tot opereren. Het ‘bevriezen’ of ‘aanstippen’ van wratten zoals we dat bij mensen kennen, wordt doorgaans niet toegepast in de diergeneeskunde. Bij een jonge hond met papillomen hoeft meestal geen behandeling ingesteld te worden. Ze verdwijnen vaak vanzelf na enkele maanden zonder dat therapie nodig is.
Vragen?
Neem gerust contact met ons op:
[email protected]
Drs. Robin Holle
Dierenartsenpraktijk Horst
Thuisbezorgservice:
www.dierapotheker.nl